top of page
Hofjestocht 30 juli 2014 028.JPG
Hofjestocht 30 juli 2014 022.JPG

Tevelingshof

Het Leidse Tevelingshofje – soms ook wel Tevelshofje genoemd – is een opvallende verschijning door zijn opmerkelijke architectuur. Het in twee etappes gebouwde hofje heeft namelijk geen rechthoekig maar een ruitvormig grondplan, ten gevolge van de afmetingen van het perceel dat de executeurs van de stichters hadden gekocht. De Leidse bouwmeester Willem van der Helm (1628-1675), de bekende vertegenwoordiger van het Hollands classicisme, ontwierp daarom een gebouw waarin tot in de bijzonderheden, de huisjes, de binnenplaats, de pomp, de lantaarn en de tegels in de hal, die ruitvorm is toegepast.

 

Het hofje was de wens van niet één maar drie stichters. Lakenkoopman Charles Tevel († 1660), een kinderloze vrijgezel, legde tijdens de pestepidemie van 1655 vast dat er na zijn dood een hofje van twaalf woningen moest worden gesticht, tenzij zijn broer nog leefde en kinderen zou krijgen. Broer Jacob (1605-1664) en zijn vrouw Elisabeth van der Vinct († 1667) hadden negen kinderen gekregen, maar de enige die langdurig levensvatbaar bleek was hun zoon Johannes (1636-1671) die echter ‘innocent’ was, oftewel leed aan het syndroom van Down. Verder nageslacht was niet te verwachten. Vandaar dat zij op hun beurt vastlegden dat er na hun dood een hofje moest worden gebouwd, nu van 20 huisjes. Na Jacobs dood hadden de executeurs van zijn boedel het ruitvormige stuk grond gekocht en waren ze met Van der Helm langs verscheidene hofjes gelopen om ideeën op te doen. Het hofje werd in snel tempo gebouwd, vooralsnog echter alleen twaalf huisjes: de eerste steen werd gelegd door Johannes Tevel. Twaalf jaar later werden de ontbrekende acht huisjes bijgebouwd door bouwmeester Anthony Breetvelt († 1681), de opvolger van Van der Helm. Dat de executeurs – die ook de eerste regenten werden – niet op een gulden meer of minder keken mag ook wel blijken uit de opdracht van de pompbekroning aan de bekende beeldhouwer van het Paleis op de Dam, Rombout Verhulst (1624-1698).

 

Er werd in de loop der tijden doorgaans goed voor het hofje gezorgd, ondanks mindere tijden in met name de 19de en 20ste eeuw, met onder andere als gunstig resultaat het behoud van het fraaie Hollands Classicistisch ontwerp en de in 1783 fraai verbouwde regentenkamer, die grotendeels ongeschonden de eeuwen heeft doorstaan. De portretten en de familiewapens van de stichters werden toen verwerkt in de betimmering, terwijl er ook een schouw werd aangebracht met de wapenschilden van de eerste twee regenten. Het hofje werd voor het laatst in de jaren 1978-1980 grootscheeps gerenoveerd en aangepast aan moderne wooneisen, maar sindsdien vinden regelmatig aanpassingen en verbeteringen plaats om het hofje in stand te houden.

Het Tevelingshofje heeft nog altijd een zelfstandig bestuur, dat bestaat uit vier personen en door coöptatie wordt aangevuld. Het hofje was ooit vooral bestemd voor oudere echtparen zonder kinderen en van hervormde huize. Vóór de grote renovatie werd het echter niet meer geschikt geacht als ouderenhuisvesting en woonden er vooral studentenechtparen. De bewoning is nu meer gemengd, en er wonen nu gezien de grootte van de huisjes vooral alleenstaanden met een gemiddelde leeftijd van 56 jaar. Jongeren hebben nog steeds veel belangstelling voor een woning op het hofje, maar het bestuur geeft ouderen voorrang om in de traditie van de stichters te blijven. Men betaalt een sociale huur en ontvangt bij wijze van preuve jaarlijks een boek over een aspect van de Leidse geschiedenis.

bottom of page