top of page
Hilmanhof2.JPG
Hilmanhof.JPG
Hilmanhof1.JPG

Hilmanhof

Johannes Hilman (1802-1881) was een groot toneelkenner en -liefhebber. Dankzij een aanzienlijke erfenis van zijn schoonvader kon hij zich geheel aan zijn hobby wijden. In zijn royale huis aan Reguliersgracht 114 bracht hij een indrukwekkende toneelbibliotheek bijeen, die wie dat maar wilde mocht raadplegen en die hij later aan de Amsterdamse Universiteitsbibliotheek zou schenken. Hij schreef ook zelf toneel, zoals het kluchtspel De karakterlooze en het blijspel De schijnheilige, maar ook serieuze historische stukken over Willem de Eerste, prins van Oranje en Gustaaf Adolf, koning van Zweden. Verder maakte hij een groot aantal gedichten over een breed scala van onderwerpen; veel jaarboeken, volksalmanakken en tijdschriften werden regelmatig verrijkt met zijn literaire bijdragen. Hilman was ook commissaris van de Stadsschouwburg op het Leidseplein en als zodanig onder andere betrokken bij het ‘verstenen’ van het gebouw, waarbij de houten schouwburg voorzien werd van een stenen buitenwand. Gelukkig heeft hij de brand van1890 die de hele schouwburg in de as legde niet meer hoeven mee te maken.

 

Hilman had in zijn tijd de bijnaam ‘Jantje Goddomme’ een veelsprekende naam die een indruk geeft van wat voor mens hij was, een no-nonsense type. Toch kende zijn leven ook verdriet. Een grote indruk op hem maakte het vroege overlijden van zijn enige zoon: Willem Hendrik.

Hilman besloot ter zijner gedachtenis een hofje te stichten in de Nieuwe Looiersstraat, vlakbij zijn huis aan de Reguliersgracht en tegenover zijn stal in de Nieuwe Looiersstraat.

 

Het hofje beslaat twee rijen huizen, een aan de Nieuwe Looiersstraat en een aan de erachter gelegen Fokke Simonszstraat – de in 1871 gedempte Looierssloot – met daartussen een binnenplaatsje. De meeste huizen hebben hun ingang op de hof, maar de woningen hadden wel allemaal daglicht aan zowel de voor- als de achterkant, een ongewone luxe voor hofjeswoningen. De twee huizen met deuren aan de Nieuwe Looiersstraat waren waarschijnlijk voor de huismoeders bestemd. Op de achtergevel van het hof aan de Fokke Simonszstraat staat de tekst Ter zijner gedachtenis en de gevel in de Nieuwe Looiersstraat draagt een schild met de naam van de stichting: Willem Hendrik Hilman’s Stichting 1875.

 

Hilman bestemde zijn hof voor ongehuwde vrouwen, weduwen en wettig gescheiden vrouwen. “Bij voorkeur worden ter plaatsing aangewezen dienstboden, die door lichaamsgebreken den ouderdom van 30 en de overigen die van 45 jaren hebben bereikt.” Bij lichaamsgebreken moesten ze een geneeskundig attest kunnen overleggen. Er was plaats voor twintig bewoonsters in evenzoveel éénkamerwoningen.
 

Bij Hilmans dood in 1881 ging het hofje bij testamentaire beschikking over naar de Hervormde Diaconie. Kranten schreven bij die gelegenheid uitgebreid over deze gedenkwaardige figuur, bevriend met bekende tijdgenoten als Van Lennep. Alberdingk Thijm en Hofdijk. In een van de kranten werden ook herinneringen opgehaald aan de voorstellingen die Hilman thuis gaf met zijn miniatuurtoneel, compleet met wisselingen van decors. Het toneeltje is nu een van de pronkstukken van het Theaterinstituut.

 

In de jaren zestig van de vorige eeuw werd de Hilmanstichting gebruikt als woonruimte voor de verpleegsters en nog later kwamen er jongeren wonen. Geheel in lijn met de ontwikkeling dat de Diaconie haar zorg ging uitbreiden naar meer achterstandsgroepen dan alleen ouden of armen, werd de hof enige tijd geleden geheel gerenoveerd om als beschermde huisvesting te dienden voor alleeen staanden en één ouder geiznnen met psychosociale probeleme.

 

Hilmanhof
Nieuwe Looiersstraat 146-150,  Amsterdam

Niet open voor publiek

bottom of page